Mindfulness gaat voor mij over stilstaan, openheid en mededogen: in de drukte (soms waan) van het dagelijkse leven met mildheid stilstaan bij waar het echt om gaat en vanuit dit stilstaan handelen. De kracht van mindfulness is de gegrondheid in de zeer oude tradities van de Boeddhistische stromingen, die niet voor niets eeuw na eeuw zijn blijven bestaan (en evolueren). Via mindfulness krijgen waardevolle elementen uit het Boeddhisme een vertaling die herkenbaar en zinvol is voor de Westerse mens, die in al zijn streven de weg dreigt kwijt te geraken – of kwijtgeraakt is.

Door ruimte te geven aan wat er zich in ons afspeelt, krijgen we een keuze in ons handelen. Hierdoor komen we met meer rust op beide voeten in het volle leven te staan, wat ook onze contacten met andere mensen en onze plaats in de samenleving betekenisvoller kan maken.

Mindfulness leert ons hoe de weg naar buiten via binnen loopt. Het leert ons dat we niet per se naar de top hoeven te wandelen: ook de wandeling rond de berg herbergt heel wat verrassingen (Paolo Cognetti: Zonder de top te bereiken).